dinsdag 1 januari 2019

De Godin, de Hoer en de Seksslavin


De Godin, de Hoer en de Seksslavin
In elk mens - man of vrouw - leeft een deel van het Aardewezen voort. Oude mythologieën spreken in dit verband steevast van de Aardegodin, al heeft het Aardewezen zowel mannelijke als vrouwelijke eigenschappen en worden zowel de mannelijke als de vrouwelijke seksualiteit door ‘haar’ beheerst. Uit respect voor de traditie, benaderen we dit onderwerp van de vrouwelijke kant, maar in feite gaat het in dit hoofdstukje over mensen van beide geslachten.
Een vrouw die seksuele lustgevoelens in zichzelf toelaat is geen hoer maar een Godin. Tijdelijk dan toch. Seksualiteit gaat gepaard met emotionele en lichamelijke aantrekking tussen twee mensen, - meestal van verschillend geslacht - en met wellust. Een wellustig verlangen om met een ander te vrijen is een emotionele sensatie met een lichamelijke basis, in gang gezet door de geslachtshormonen. Wie zich hieraan overgeeft, geeft zich over aan zijn lichaam. Het menselijk lichaam is een deel van het Aardewezen. Volledig opgaan in je lichamelijke verlangens is tijdelijk één worden met het Aardewezen, in bewustzijn, zijn en doen. Vandaar dat een seksueel opgewonden vrouw zichzelf gerust een Godin mag noemen.
Een hoer of prostituee is per definitie niet wellustig. De hoer acteert, faket, doet alsof. En dit alles geschiedt in een spel van manipulatie waarin de illusie van seksuele opwinding als machtsmiddel wordt ingezet. Het doel hiervan is materieel voordeel behalen, soms rechtstreeks, soms via de tussenstap van het bereiken van een hogere positie op de maatschappelijke ladder. Met de seksualiteit van de Aardegodin heeft dit weinig tot niets te maken. Uit eigenbelang zet de prostituee haar eigenwaarde en zelfrespect tijdelijk opzij. Dit offer wordt gecompenseerd door materiële winst en is daardoor de moeite waard volgens de normen van het overlevingsinstinct.
Vanuit onze wezenlijke waarden bekeken, is dit echter een dubieuze redenering. Prostitutie in de ruimere zin van het woord, beperkt zich niet tot exploitatie van de seksualiteit, maar kan allerlei vormen aannemen. Al wat men louter voor het materieel voordeel doet en waarvoor men zijn eigenwaarde en zelfrespect opzij moet schuiven, is een vorm van prostitutie. Niet elk materieel voordeel of elke verbeterde overlevingskans gaat hand in hand met zelfontwikkeling. Soms kan men er het individuatieproces een duwtje in de rug mee geven, andere keren komt men erdoor in situaties terecht die de innerlijke groei remmen of blokkeren.
Prostituee wordt men niet zomaar. Niemand zet zichzelf op dat pad. De eerste stap, zo blijkt uit reïncarnatie- en regressietherapie, bestaat vrijwel altijd uit slavernij. In pakweg negen op de tien gevallen gaat het om levens als vrouw, maar zoals reeds eerder vermeld is niets wat in dit hoofdstukje aan bod komt een puur vrouwelijke aangelegenheid.
Het verschil tussen een hoer en een seksslavin bestaat uit de beleving van wat men ondergaat en uit de mate waarin men zelf enige autoriteit uitoefent op hoe en wanneer men haar lichaam laat gebruiken, al dan niet tegen betaling. Qua beleving valt vooral de schaamte op bij de seksslavin, naast de hulpeloosheid en de machteloze kwetsbaarheid. Enige autoriteit over wat men waar en wanneer toelaat, is voor de seksslavin simpelweg onbestaande. Soms krijgt ze een aalmoes toegeworpen in ruil voor wat ze heeft moeten ondergaan, soms meer dan een aalmoes, maar haar betaling kan evengoed uit nog meer vernederingen bestaan. Het enige materiële voordeel dat haar ten deel valt, is dat ze blijft leven zolang ze bruikbaar is voor de doelstellingen van diegenen die haar in haar macht hebben. In de praktijk zijn de meeste zogenaamde prostituees gewoonweg seksslavinnen.
De prostituee heeft de gevoelens van hulpeloosheid ingeruild voor een cocon van hardheid en het min of meer bevredigende gevoel van tijdelijke macht. Ze blijft kwetsbaar – elke hoer heeft nog altijd een getraumatiseerde seksslavin in zich als schaduwdeelpersoonlijkheid – maar ze heeft ten minste weer enige autoriteit over wie en wat ze aan haar lichaam toelaat. Ze is niet langer alleen maar slachtoffer. In haar wereld geldt het spel van vraag en aanbod.
Hoe komt die transformatie tot stand? Iemand die als seksslavin wordt uitgebuit, ontwikkelt in haar onbewuste een naar macht strevende deelpersoonlijkheid. De positieve intentie van deze schaduw is om niet langer slachtoffer te zijn en opnieuw autoriteit over haar eigen leven te verwerven. Deze wordt, in de loop van meestal meerdere opeenvolgende levens, sterk genoeg om het bewustzijn op een gegeven moment over te nemen. De slavin bevrijdt zich uit haar ketenen en oefent nu dezelfde activiteiten verder uit vanuit haar eigen keuzevrijheid en op haar eigen voorwaarden, met als doel er voor zichzelf voordeel uit te halen.
Maar innerlijk lost het slachtofferschap zich pas definitief op als er consequent gekozen wordt voor het behoud van zelfrespect en eigenwaarde. De prostituee maakt deze intentie nooit waar. Bij elke seksueel getinte handelsdaad moet haar wezenlijk zelfrespect plaats maken voor relatieve gevoelloosheid. En telkens ze zich laat gebruiken, kreunt haar innerlijk slachtoffer.
Het is pas als men uit de prostitutie stapt, dat men terug als een integer geheel kan leren functioneren, als een niet-gespleten persoonlijkheid die innerlijke autoriteit voelt omdat ze haar zelfrespect nooit meer loslaat, ook niet meer om materiële voordelen te verwerven. Een hoer die haar innerlijke seksslavin wil helen, kan dit alleen maar door de prostitutie vaarwel te zeggen.
Gedurende de incarnaties die volgen op een leven als prostituee met zeggenschap over het eigen wel en wee, blijven velen nog lange tijd gevangen in de reflex om de eigenwaarde opzij te schuiven als er geld mee verdiend kan worden. Het gaat niet meer om seks, maar er doen zich in een mensenleven systematisch situaties voor die op eenzelfde leest geschoeid zijn en waar men zich uit gewoonte aan over geeft of uit angst om te kort te komen. Een voorbeeld ter verduidelijking:
Een vrouw met een dergelijke voorgeschiedenis, trok vaak situaties aan waarbij ze seksueel getinte vernederingen over zich heen kreeg. Deze triggerden de trauma’s uit vroegere incarnaties als seksslavin. Daarnaast kreeg ze zeer vaak de kans om geld te verdienen, maar telkens op een manier die niet bij haar wezenlijke waarden pasten. Zo werkte ze bv als model in de reclamewereld, als makelaar in de immobiliënwereld en als vertegenwoordiger van producten waar ze helemaal niet kon achter staan. Ze had echter het idee dat ze geen andere keuze had. Ze was ervan overtuigd dat geld verdienen alleen maar kon samengaan met het opzijzetten van haar wezenlijke waarden en haar zelfrespect. Deze reflex had ze overgehouden aan enkele vorige levens als prostituee.
De innerlijke slavin is in dit voorbeeld weliswaar geen seksslavin meer, de prostituee niet langer een hoer, maar de vrijheid om zelf keuzes te maken, al dan niet in functie van het individuatieproces, wordt nog al te vaak gebruikt om ten koste van de wezenlijke beleving te opteren voor materieel voordeel. In vrijheid blijft men in de gewoonte gevangen om eigenwaarde in te ruilen voor geld.
De seksslavin en de prostituee komen bij veel mensen voor als innerlijke deelpersoonlijkheid, maar ze treden logischerwijs vooral bij vrouwen op de voorgrond. De meeste vorige-levenservaringen en -trauma’s op dat vlak doen zich immers voor tijdens incarnaties als vrouw.
In de concrete wereld van de prostitutie vinden we meer seksslavinnen terug dan hoeren. Deze laatste zijn de zeldzame mensen die uit vrije wil in dit beroep stappen en die wellicht bezig zijn aan een inhaalbeweging: ze waren tijdens een vorige incarnatie seksslavin en klimmen nu langzaam uit het dal van het slachtofferschap. Ze worden niet langer geëxploiteerd, maar nemen nu het heft in eigen handen. Het strekt hen tot materieel voordeel, hun eigenwaarde is aan het terugkeren, maar ze worden nog vaak genoeg met respectloosheid geconfronteerd om vroeg of laat de volgende stap te zetten en uit dit beroep te stappen.
Goden en Godinnen zijn er gelukkig ook nog: mensen wiens seksualiteit niet is vervuild met slachtofferschap en machtsspelletjes en die op een instinctieve wijze dit geschenk van Moeder Aarde kunnen ontvangen en beleven. 

                                               ****

  Deze tekst is een hoofdstuk uit het nog te verschijnen derde deel van Karmische Psychologie, Deel 3: Relaties, Seksualiteit, Opvoeding