donderdag 7 december 2017

De verschillen tussen hoogsensitiviteit en autisme

De verschillen tussen hooggevoeligheid en autisme

Op het eerste zicht lijkt het verschil tussen hooggevoeligheid en autisme vanzelfsprekend: het gaat om twee tegenpolen. Hooggevoelige mensen functioneren op basis van empathie, intuïtie en inlevingsvermogen, terwijl bij autistische mensen net deze basisfuncties slecht tot helemaal niet ontwikkeld zijn. Een gebrek aan empathie is overigens totaal iets anders dan harteloosheid, ook al kan het tot harteloos gedrag leiden. Empathie staat voor het vermogen om spontaan mee te beleven met wat in een ander omgaat, met de sfeer in een bepaalde situatie of met de achterliggende boodschap bij iets wat verteld of uitgebeeld wordt. Het gaat niet over mentaal weten of raden wat er bedoeld wordt, maar om innerlijk (of intuïtief) weten. Dit weten komt tot stand door aanvoelen en meevoelen. Het is deze basisfunctie die niet is ontwikkeld in het geval van autisme, terwijl deze het bewustzijn overheerst in het geval hooggevoeligheid.
Het tweede grote verschil betreft het vermogen om gebeurtenissen en veranderingen emotioneel te verwerken. Dit is goed ontwikkeld bij hoogsensitieven, maar gebrekkig tot niet ontwikkeld bij autistische mensen. Het is echter met betrekking tot dit thema dat de gelijkenissen in gedrag en reactiepatronen tussen beiden ontstaan, wat tot heel wat verwarring kan leiden.
Autistische mensen doen er alles aan om emotionele confrontaties te vermijden, omdat ze al vroeg ervaren dat ze niet met emoties kunnen omgaan, dat deze met hen weglopen zonder dat dit tot de verwerking leidt van datgene wat de emoties heeft
opgewekt. Bijgevolg gaan de meesten ook systematisch nieuwe situaties en veranderingen uit de weg, want de kans op emoties is in die gevallen zeer groot.
Hooggevoelige mensen kunnen op zich wel met veranderingen overweg, kunnen genieten van het onverwachte, verwelkomen in de regel de gevoelens en de emoties die dit met zich meebrengt, maar geraken veel sneller overprikkeld dan de gemiddelde mens. Dit komt omdat ze op elke prikkel veel intenser reageren en daar bovenop ook nog op meer soorten prikkels reageren. Hierdoor geraakt hun emotioneel verwerkingssysteem snel overbelast. De emoties die losbarsten bij overbelasting zijn zeer heftig en soms is er heel wat tijd nodig om tot verwerking te komen, omdat er nu eenmaal veel tegelijk moet verwerkt worden. Daar vloeit een grote behoefte aan rust uit voort, aan een tijd lang zich kunnen koesteren in een prikkelarme situatie. Tijdens deze fasen zijn hooggevoelige mensen even afkerig van nieuwe gebeurtenissen en veranderingen als autisten. Ze
klampen zich op eenzelfde manier vast aan veiligheid biedende structuren en routines. Ze ontwikkelen gelijkaardige strategieën om emotionele confrontaties te vermijden.
De meeste hooggevoelige mensen weigeren empathisch te reageren op hun medemensen als ze tijdelijk gevangen zitten in deze pseudo-autistische manier van functioneren die het gevolg is van overprikkeling, maar dit betekent niet dat ze plots niet meer tot empathie in staat zouden zijn.
Het verschil is, dat het hier om een fase gaat, die weliswaar frequent terugkeert, maar ook weer systematisch voorbij gaat. Deze fase wordt in de regel gevolgd door een hernieuwde behoefte aan emotionele prikkels. Tijdens deze nieuwe cyclus van wezenlijk en empathisch functioneren, voelt de hooggevoelige mens zich in de regel schuldig voor zijn gebrek aan empathie tijdens de overprikkelde fase. Daaruit volgt vaak compensatiegedrag: extra aandacht besteden aan de mensen die ze volgens hun eigen gevoel te kort hebben gedaan. Uiteraard leidt dit
gemakkelijk tot opnieuw overprikkeld geraken. Sommige hooggevoelige mensen zitten dan ook gevangen in een zich steeds herhalende kringloop, waarbij empathisch functioneren afgewisseld wordt met pseudo-autisme. Op de mensen met wie ze langdurig omgaan, komen ze daardoor over alsof ze aan een vorm van autisme lijden. Een uitweg hieruit vinden is overigens niet zo moeilijk: meestal volstaat het om te leren nee zeggen en om op voorhand in te calculeren hoeveel emotioneel prikkelende situaties men aankan. Op tijd rust inplannen is een goed
alternatief voor tot rust gedwongen worden door overprikkeling.
Autistische mensen kennen die fasen niet. Zolang ze in een voor hen veilige omgeving kunnen functioneren, zolang ze niet noodgedwongen geconfronteerd worden met situaties die hun emotionaliteit prikkelen, blijft het leven voor hen hanteerbaar. Uit zichzelf voelen ze geen behoefte om ‘het gevaar’ (d.w.z. intense nieuwe prikkels) op te zoeken, in tegenstelling tot hoogsensitieven. Hun empathisch vermogen blijft gebrekkig, zowel wanneer ze in de ‘veilige modus’ kunnen functioneren, als
wanneer ze overprikkeld worden. Wel is het zo dat de beter functionerenden onder hen – mensen met het zogenaamde
Aspergersyndroom – gemakkelijker hun compensatiepatronen in stand kunnen houden, waardoor ze in beperkte mate nieuwe en onverwachte situaties aankunnen. In de regel gaat het om het vervangen van invoelen en aanvoelen door opgebouwde mentale kennis. Van zodra ze echter met hun emoties in aanraking komen, kunnen ze hier niet meer bij en slaan ze zoals alle autistische mensen tilt.

***
Uit: Henk Coudenys: Autisme en Vorige Levens, tweede druk.  ISBN 9789077101094
Dit boek kan in alle boekhandels en internetboekhandels besteld worden en ook via mijn website:
www.henkcoudenys.be

Geen opmerkingen:

Een reactie posten