De
kracht van het meevoelen
Een
pasgeboren kind stemt zich emotioneel volledig af op zijn moeder.
Voor de baby is zijn moeder
zo niet alles, dan toch zijn allerbelangrijkste zin om te leven. Ze
is de bron van levenslust,
emotionele en fysieke veiligheid. Bij mij was dat niet anders.
Alleen: mijn moeder was levensmoe, ziek van hart en ziel, uitgeput
van lichaam. Het verhaal gaat dat ze na mijn geboorte zes weken
tussen leven en sterven heeft gezweefd. Echt levenslustig is ze
nadien nooit meer geworden, tot aan haar dood, zesendertig jaar
later.
Bij
hoogsensitieve mensen blijft die kinderlijke afstemming op de moeder
veel langer intact dan gemiddeld. Ook wordt deze gemakkelijk
overgedragen op andere mensen met wie men een intieme band aangaat.
Die afstemming bestaat erin dat je intens meeleeft met wat er in de
ander omgaat, vooral rond de thema’s aarding, veiligheid en
levensvreugde.
Zesendertig
jaar lang was ik op die manier afgestemd op een gebrek aan
levensvreugde, vanuit de instinctieve behoefte gevoed te worden op
het vlak van aarding en veiligheid, een contradictie die mag tellen
en tot een ingesleten patroon was verworden. Het heeft me tijdens
mijn jeugdjaren fel omlaag getrokken. Slechts als ik me voor haar
emoties wist af te schermen, stroomde mijn enthousiasme voor het
leven op volle kracht. Dit gebeurde vaak, maar nooit overvloedig,
regelmatig maar nooit langdurend. Daarvoor was de band tussen ons te
sterk, de verbondenheid te onverbrekelijk. Ik
zag haar graag. En nog steeds.
Het
is pas recent - meer dan een halve eeuw oud ben ik terwijl ik dit
schrijf – dat me de consequenties van dit jeugdtrauma in al hun
complexiteit zijn duidelijk geworden. Ik heb een inwendige radar
voor de noodkreet van mensen die hun levensvreugde verliezen. Ik
verbind me automatisch met hen. En telkens weer trekt het me in
eerste instantie omlaag. Dit gebeurt volautomatisch, onbewust,
zonder dat ik er erg in heb. In tweede instantie volgt de zoektocht
naar op wie ik reageer en wat er precies aan de hand is. Vervolgens
doe ik alles wat in mijn vermogen ligt, om het emotionele leed van
die ander te lenigen. En vaak ga ik daarbij over mijn grenzen, trekt
dit patroon me uit mijn eigen levensstroom. Zo ging het tot voor
kort, tot er een nieuw inzicht langzaam maar zeker doordrong.
Als
pasgeboren kind ben je niet in staat om te geven via het empathisch
contact dat je met je moeder hebt, toch niet langdurig, niet krachtig
genoeg om de slinkende levensvreugde te counteren van een postnatale
depressie om U
tegen te zeggen. Daarvoor zijn je eigen behoeften te groot. Als
volwassene ben je dat wel. Het empathisch contact met een ander
verloopt in twee richtingen. Het hoeft niet meer automatisch zo te
zijn dat de zielepijn van een ander mijn hart zodanig krachtig
overspoelt dat het me afsnijdt van mijn eigen levensvreugde. Het kan
ook in de omgekeerde richting werken.
Sinds
ik de historische pijn, die stamde uit de band met mijn al lang
overleden moeder, heb gescheiden van de pijn van andere mensen
waarmee ik me automatisch en onbewust verbind, wordt ik me niet
alleen sneller bewust van wat er gebeurt, maar verliest de stroom van
levensenthousiasme in mezelf niet langer zijn kracht. Ik beeld me in
dat ik deze levensdrang nu via mijn hart doorgeef aan diegene met
wiens gebroken levenswil ik mee beleef. En of het nu werkt of niet,
het trekt mij alvast niet meer naar beneden. Ook de drang om -vaak
tegen beter weten in - al mijn aandacht te investeren in wat ik kan
doen opdat die ander zich weer beter zou gaan voelen, is niet langer
onbeheersbaar.
Veel hoogsensitieve mensen hebben om de een of andere autobiografische reden een dergelijk patroon. Ze beleven automatisch mee met de een of andere problematiek van andere mensen en investeren veel energie in het oplossen hiervan. Het empathisch contact dat daaraan ten grondslag ligt, kan echter ook gebruikt worden om op een andere manier te helpen, eentje die veel minder energie kost: blijf verbonden met de innerlijke kracht van jouw menselijke kwaliteiten en je eigen levensvreugde en laat die ander hiervan meegenieten. Wie daarvoor ontvankelijk is, zal zichzelf leren behelpen. Wie dit niet ontvangt zal ook door jou niet duurzaam geholpen kunnen worden, ongeacht hoeveel je hierin investeert.
*****
Deze tekst vormt een aanvulling op mijn boek Hoogsensitief - Anders Bekeken; isbn 9789077101001, die zal opgenomen worden in de volgende druk.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten