vrijdag 21 juni 2024

De rol van hoogsensitiviteit in de ontwikkeling van de mensheid

 

De rol van hoogsensitiviteit in de ontwikkeling van de mensheid


De geschiedenis van de mens op aarde wordt gekenmerkt door sprongsgewijze evoluties. Veranderingen in levenswijze en de bijbehorende ontwikkeling van nieuwe mogelijkheden komen er meestal vrij plots, als gevolg van ontdekkingen, van nieuwe manieren van omgaan met elementen uit onze leefwereld.

Belangrijke sprongen zijn het domesticeren van allerlei diersoorten geweest. Wolven evolueerden tot honden en bijgevolg tot beschermers en helpers bij de jacht in plaats van concurrerende en bedreigende roofdieren. Paarden werden krachtige metgezellen in tijden van oorlog en vrede in plaats van moeilijk te verschalken prooien. Jachtwild werd mak vee, meestal in overvloed aanwezig.

De eerste stap in een domesticatieproces is het temmen van individuele exemplaren. Om dieren te temmen heb je meer nodig dan alleen het geduld om hun gedrag te observeren en rationeel te bestuderen. Er is vooral inlevingsvermogen nodig, wat in dit geval neerkomt op de kunst om de eigen manier van functioneren los te laten en zich in die van een andere diersoort te kunnen verplaatsen. Kortom, er is nood aan een fikse dosis empathie om dit voor elkaar te krijgen. Waarschijnlijk zijn het dan ook systematisch de meest hooggevoelige individuen geweest die er in het verleden in slaagden een vertrouwensband met wilde dieren op te bouwen. Hoogsensitieve mensen zijn in staat te leren samenleven met andere soorten, hun gedrag en communicatie intuïtief te doorgronden en een vorm van wederzijds respect op te bouwen waardoor de andere soort zich niet langer opgejaagd wild, felbevochten vijand of concurrent voelt.

De verdere domesticatie houdt een langzaam proces in van kweken en selecteren op karakterkenmerken zoals volgzaamheid en zachtaardigheid. Eens een soort hierdoor in genetisch opzicht voldoende is veranderd, kunnen nu ook de niet-hoogsensitieve mensen ermee samenleven en leren samenwerken.

Hooggevoeligheid draagt nog op andere manieren bij tot vernieuwingen in de samenleving. Het hoogsensitieve bewustzijn is in staat inspiratie te ontvangen die in essentie niet uit deze wereld afkomstig is.

Waar we in onze huidige tijd toe in staat zijn met al onze digitale, computergestuurde en satellietgeleide systemen voor communicatie en informatie-uitwisseling, lijkt bv heel erg op de overdracht zonder woorden van kennis en informatie zoals die tijdens uittredingen en bijna-doodervaringen kan beleefd worden en dit is op zich een afspiegeling van hoe het er tijdens tussenlevens en in niet-aardse belevingswerelden aan toe gaat. De drang om iets gelijkaardigs te creëren in onze fysieke leefwereld lijkt me geïnspireerd op dit soort ervaringen.

Daarnaast zijn er uiteraard de vernieuwingen die tot stand komen als gevolg van de langzame opbouw van rationele kennis en de groei in wetenschappelijke inzichten. Maar ook op dat vlak spelen intuïtie en Wezenlijke inspiratie niet zelden een cruciale rol. Er zijn tal van anekdotes bekend met betrekking tot wetenschappelijk onderzoek waarbij wetenschappers plots inzichten kregen via dromen of op mystieke visioenen lijkende ervaringen, inzichten die hebben geleid tot grote doorbraken. Het lijkt er sterk op dat in dit geval de hooggevoeligheid van de wetenschappers in kwestie een even belangrijke rol speelde als hun rationele vakkennis. De innerlijke samenwerking tussen persoonlijke, aardse rationaliteit en Wezenlijke intuïtieve inspiratie, is immers het sterkst bij hoogsensitieve mensen.

Pionierswerk uit het verleden heeft ons stap voor stap meer levenscomfort gebracht, waardoor er steeds meer mogelijkheden zijn ontstaan om de Wezenlijke kant van onze persoonlijkheid tot ontwikkeling te brengen. Sommige aspecten hiervan zijn intussen zo banaal dat we er niet meer bij stil staan.

Dankzij het bestaan van schoeisel en kledij is bv onze huid zodanig gevoelig geworden dat we ons extreem sensueel en creatief kunnen uitdrukken via onze tastzin. Veel mensen hoeven daarenboven niet meer of nauwelijks nog met hun handen werken, waardoor de gevoeligheid van handpalmen en vingertoppen eveneens groter wordt.

Door de overvloed aan voedsel en door de sterke organisatie van onze maatschappij krijgen steeds meer mensen de kans om een groot deel van hun tijd aan de ontwikkeling van hun creativiteit en hun spiritualiteit te wijden. Creativiteit hoeft daarbij niet langer louter ten dienste te staan van het praktisch nut, terwijl dit in de pionierstijd van de mens op aarde wel nog het geval was.

De medische wetenschap heeft een zeer grote bijdrage geleverd tot onze langere levensverwachting. Niet alleen is de mogelijkheid enorm gestegen om te genezen van ziektes en letsels, ook weten we steeds beter hoe we deze moeten vermijden. Hoe langer we leven, hoe meer we ons kunnen ontwikkelen op allerlei vlakken. Zelfontwikkeling gebeurt immers door kennis en vaardigheden te accumuleren en te verfijnen. Hoe ouder we kunnen worden, hoe meer subtiliteit hierin kan komen.

De keuze om volop in te zetten op geneeskundig onderzoek kan afkomstig zijn uit tussenlevenservaringen: bij elke periode tussen twee incarnaties in, ervaren we immers dat we kunnen genezen van onze fysieke en emotionele kwetsuren. Ik kan me inbeelden dat dit veel menselijke Wezens inspireert om hun volgende incarnaties op aarde hieraan te wijden.. Hoogsensitieve mensen hebben in de regel meer voeling met hun voorbije tussenlevens dan gemiddeld, dus ook hier is een belangrijke rol weggelegd voor de hooggevoeligen onder ons.

Psychotherapie is nog zoiets. Tijdens bijna-doodervaringen gebeurt het vaak spontaan dat de terugblik op het voorbije leven het karakter van een therapeutisch verwerkingsproces aanneemt. Ik vermoed dat dit de inspiratiebron geweest voor het ontstaan van psychotherapeutische technieken en hoogstwaarschijnlijk zijn het opnieuw hoogsensitieve mensen die deze inspiratiebron als eersten hebben weten te aarden.

Anderzijds is het pas mogelijk dat grote aantallen mensen zich bekwamen in zelfonderzoek en zelfinzicht indien er voldoende lange periodes van vrede en welstand zijn. Pionierswerk dat tot materiële voordelen leidt, kan zodoende hand in hand gaan met pionierswerk dat tot emotionele en spirituele groei leidt.

Pionierswerk in het heden draait steeds meer om het leren invullen van de vrijgekomen tijd en de ontstane mogelijkheden. Een gevoel van zingeving vinden, is hierbij het voornaamste streefdoel. Elke bezigheid die leidt tot een besef van innerlijke verbondenheid en/of de ervaring van onderlinge verbondenheid, genereert het gevoel dat iets zinnig is. Hoe hooggevoeliger een mens is, hoe gemakkelijker hij toegang heeft tot deze ervaringen. Hoogsensitieven zijn bijgevolg het best geplaatst om de rest van de mensheid te inspireren bij het ontdekken van zingeving.

***********************************************************************************

Deze tekst vormt een hoofdstuk in voorpublicatie van het boek

Karmische Psychologie Deel 4: Aarde en Schaduw, Boek 1: Onze Erfenis van Moeder Aarde

Een overzicht van mijn gepubliceerde boeken vind je op www.henkcoudenys.be

Geen opmerkingen:

Een reactie posten