zaterdag 17 mei 2025

Innerlijk-kindwerk en de Schaduw

 

Innerlijk-kindwerk en de Schaduw


In therapeutische sessies en groeigroepen wordt er frequent gewerkt met het innerlijke kind. Dit is erg zinvol omdat veel van de spontane eigenschappen die we als kind hadden naar onze persoonlijke schaduw zijn verwezen als gevolg van onze opvoeding en van overheersende sociale conventies. Van sommige dingen is het logisch en zinvol dat ze uit ons gedragsrepertoire zijn verbannen namelijk alles wat voortvloeit uit kinderlijk egocentrisme. Ik denk hierbij aan driftbuien of slaan indien een kind zijn zin niet krijgt, anderen de schuld geven, liegen, de realiteit ontkennen en ander manipulatief gedrag. Eens volwassen kan je dergelijk gedrag maar beter achter je gelaten hebben. De tegenpool hiervan omvat verantwoordelijkheidszin, rechtvaardigheidsgevoel, empathisch gedrag en gewetensvol oordelen. Over het algemeen stuurt onze opvoeding ons meer in die richting.

Als de opvoeding zich enkel beperkt tot het ‘wegmasseren’ van het kinderlijke egocentrisme, ontstaat hierdoor een evenwichtige, volwassen persoonlijkheid met in zijn persoonlijke schaduw enkel wat resten van onvolwassen gedrag en denkpatronen uit de kindertijd. In dit geval heeft werken met het innerlijke kind geen gewichtig therapeutisch karakter omdat essentiële menselijke kwaliteiten zoals emotionaliteit, spontaniteit, speelsheid en ontdekkingsdrang zich gewoon hebben verder kunnen ontwikkelen en vanuit hun kinderlijke vorm geëvolueerd zijn tot een volwassen versie ervan. Het innerlijke kind is dan gemakkelijk bereikbaar en er contact mee maken is eerder een kwestie van herbronnen dan van het jezelf bevrijden van beperkende taboes of trauma’s.

Daarentegen zijn er heel wat mensen bij wie hun ganse manier van functioneren als kind naar de Schaduw werd verbannen als gevolg van traumatische gebeurtenissen en/of een onredelijke opvoeding. Een voorbeeld:

Een man is keihard voor zowel zichzelf als zijn kinderen. Zijn hele leven staat in het teken van fysieke en mentale discipline. Voor emoties, gevoelsuitingen en sentiment is er geen plaats in zijn bewustzijn. Als kind was hij echter zeer emotioneel, kwetsbaar en empathisch. Tezelfdertijd had hij een erg dominante en veeleisende vader tegen wie hij nooit durfde in te gaan. Dit maakte hem een gemakkelijk slachtoffer van de plaatselijke pedofiele parochiepriester. In reactie op dit misbruik ging hij vanaf zijn tienerjaren afsluiten voor zijn emoties en begon hij keihard te sporten. Hij werd beroepsmilitair en gedroeg zich naar zijn eigen kinderen nog dominanter dan zijn eigen vader had gedaan naar hem.

In een dergelijk geval bevat de persoonlijke schaduw niet één maar twee innerlijke kinderen: een slachtofferkind en zijn tegenpool die ik met de naam ‘schaduwkind’ heb bedacht.

Het innerlijke slachtofferkind van de man komt overeen met de persoonlijkheid die hij als kind had: emotioneel, zeer empathisch en kwetsbaar, een kind dat niet goed in staat was voor zichzelf op te komen. Uit angst om verkeerd te doen, afgewezen te worden of gestraft te worden durfde hij zich nooit kwaad te maken, durfde hij geen neen te zeggen of te protesteren tegen onrecht dat hem werd aangedaan. Toen al had hij een persoonlijke schaduw die het vermogen omvatte om voor zichzelf op te komen. Dit ‘schaduwkind’ werd ten tijde van het seksueel misbruik enorm getriggerd. Hij wilde zich wel verweren of weglopen maar durfde niet. Zijn angst om gestraft te weerhield hem ervan over het misbruik te praten. Er groeide onderdrukte woede en wraaklust in zijn schaduwkind. Vanuit dit schaduwkind ontstond zijn harde volwassen persoonlijkheid.

Indien therapeutisch werk met het innerlijk kind zich in zijn geval beperkt tot het slachtofferschap dat hij als kind heeft meegemaakt, zal dit maar tot een beperkt resultaat leiden. Er leven namelijk twee kinddeelpersoonlijkheden in hem. Zijn slachtofferkind is bang van zijn schaduwkind, want indien deze actie zou ondernemen, zou dit tot nog meer ellende leiden. Op zijn beurt is zijn schaduwkind kwaad op zijn slachtofferkind omdat die hem verhindert om voor zichzelf op te komen. Die kwaadheid op zichzelf was de aanleiding om zijn emotionele en empathische kant weg te duwen tijdens het proces van volwassen worden.

In therapeutisch innerlijk-kindwerk wordt vaak te eenzijdig gefocust op het slachtofferkind, terwijl er in de eerste plaats moet gestreefd worden naar een verzoening en een samenwerking tussen het slachtofferkind en het schaduwkind. Beiden willen ze eigenlijk veiligheid. Ze hebben elkaar nodig en de volwassen persoonlijkheid heeft de eigenschappen uit beide innerlijke-kindpersoonlijkheden nodig om te genezen van zijn jeugdtrauma’s.

De meeste mensen bevinden zich ergens tussen beide uitersten in: hun opvoeding was niet ideaal maar ook niet zodanig traumatiserend dat dit heeft geleid tot het verbannen van hun volledige innerlijke kind. Een deel van de eigenschappen die ze als kind hadden is kunnen evolueren tot een volwassen versie en andere aspecten zijn naar het onbewuste verbannen en leiden nog een latent leven in hun persoonlijke schaduw. Het kan hierbij om erg verschillende eigenschappen gaan, die elk een eigen aanpak nodig hebben om terug geïntegreerd te kunnen worden in hun volwassen ik-persoonlijkheid. Het kan bv gaan over kwetsbare emoties niet meer toelaten, creativiteit als kinderachtige tijdsbesteding beschouwen, het ervaren van spirituele gevoelens tot naïeve onzin bestempelen terwijl dit als kind vanzelfsprekend was of niet meer in staat zijn om mee te beleven met dierenleed. Om deze aspecten van het innerlijk kind uit de schaduw te bevrijden zijn vooral traumaverwerking nodig en het doorprikken van indoctrinerende aspecten van de opvoeding.

Indien men daarentegen als kind nooit de kans heeft gekregen om verantwoordelijkheid te leren nemen en daar als volwassene niet toe in staat is, is een flinke portie gedragstherapie een aangewezen ingrediënt in het psychotherapeutisch genezingsproces.

Hoe dan ook is het altijd noodzakelijk om niet enkel met het slachtofferkind te werken, maar ook met het bijbehorende schaduwkind. Een voorbeeld:

Iemand die nooit heeft geleerd om verantwoordelijkheid te leren en daar zelfs actief in werd geremd door telkens te horen zoals : ‘Jij kan dat niet!’ of ‘Laat dat maar over aan mensen die daar meer verstand van hebben!’ of ‘Jij moet alleen maar uitvoeren wat anderen beslissen, je bent te dom om daar zelf over na te denken.’

Het slachtofferkind weet zich vernederd, ontkend in zijn capaciteiten, kunstmatig dom gehouden en onnodig bang gemaakt. In de schaduw groeit de tegenpool hiervan: een betweterig, bazig kind dat de neiging heeft de baas te spelen over anderen. Ook al kwam dat schaduwkind tijdens de jeugd nauwelijks de kop op steken, in zijn volwassen versie kan het een grote invloed uitoefenen op hoe de persoon in kwestie functioneert. Het is dan ook aangewezen om te werken met de twee innerlijke kinderen, opdat niet enkel het slachtofferschap doorbroken dient te worden, maar ook de kinderlijke tegenreactie. Pas dan kan begonnen worden met te oefenen om op een volwassen manier verantwoordelijkheid te leren nemen.

************************************************************************************

Wie zich verder wil verdiepen in psychotherapeutisch werk met de innerlijke schaduw, kan in mijn boek 'De Integratie van de Schaduw' sterk aanbevelen.  Deze tekst is hier een kleine aanvulling op.  

De volledige titel luidt Karmische Psychologie 3 Aarde en Schaduw - Boek II: De Integratie van de Schaduw. Dit boek kan in elke boekhandel of onlineboekhandel besteld worden. Het  ISBN-nummer is: 9789077101179


Geen opmerkingen:

Een reactie posten