zondag 8 oktober 2017

Reïncarnatie en reïncarnatiepsychologie - Waarom?

Reïncarnatie en reïncarnatiepsychologie

Waarom zou een nuchter denkend mens zich bezighouden met reïncarnatie, laat staan met reïncarnatiepsychologie? Het is niet omdat het geloof in reïncarnatie wereldwijd enorm is verbreid, dat het daarom iets is wat we per se ernstig moeten nemen. Over boord gooien dan maar, dat concept? Of zijn er goeie redenen te bedenken om er toch maar rekening mee te houden?
De meeste mensen die reïncarnatie hoog in het vaandel dragen, focussen zich op het zoeken naar bewijzen van het bestaan ervan. Anderen verliezen zich in sensationele verhalen over hun al dan niet vermeende verleden. Deze zaken zijn echter van ondergeschikt belang. Wat veel interessanter is, is de vergelijking tussen de twee basisideeën. Welk van de twee levert ons de meeste logische verklaringen op voor wat we meemaken: het reïncarnatieconcept of het idee dat elk mens verondersteld wordt slechts één leven te leiden?
Als het over de menselijke psychologie gaat, over wat we innerlijk ervaren en op emotioneel vlak meemaken, is de verklarende kracht van het reïncarnatiemodel niet alleen veel groter, maar tevens veel eenvoudiger. Alleen zijn er maar weinig mensen die het reïncarnatiedenken tot in de finesses onder de knie hebben en consequent toepassen, waardoor heel veel logische verbanden nooit gelegd worden.
Wat reïncarnatie betreft zijn de twee bekendste onderwerpen de spontane herinneringen die sommige kinderen hebben aan een al dan niet vermeend vorig leven en de verhalen over traumatiserende ervaringen uit al dan niet vermeende vorige levens die tijdens regressietherapieën veelvuldig opduiken. Over het waarheidsgehalte van beide lopen de meningen ver uiteen.
Je kan er – net als wijlen professor Ian Stevenson – je levenswerk van maken om te proberen te bewijzen dat de spontane vorige-levensherinneringen van kinderen een groot waarheidsgehalte bevatten, of je kan simpelweg de volgende bedenking maken: wat is de meest logische en de meest eenvoudige verklaring voor dit fenomeen? Is de drang van kleine kinderen die pas kunnen praten om te fantaseren zodanig groot dat ze gedetailleerde verhalen verzinnen over een ander leven op een andere plek – met inbegrip soms van verifieerbare details – de meest logische verklaring? Of is het een eenvoudiger verklaring om aan te nemen dat reïncarnatie gewoonweg bestaat en dat sommige kinderen daar herinneringen aan hebben, ondanks dat men daar in de regel geen herinneringen aan heeft?
Betreffende de therapeutische kracht van het uitwerken van vorige-levenstrauma’s kunnen we de visie van de bekende psychiater Dr Raymond Moody volgen die zegt dat hij niet in reïncarnatie gelooft maar dat reïncarnatietherapie desondanks werkt, zoals hij in zijn praktijk veelvuldig heeft ervaren. Andere auteurs zoeken de verklaring in ‘dekherinneringen’ waarmee ze fantasieën bedoelen die onbewust gebruikt worden om echte, maar verdrongen trauma’s uit de jeugd toe te dekken. Of we kunnen van het veel eenvoudiger idee uitgaan dat reïncarnatie simpelweg bestaat.
Er zijn tal van kleine en grote onderwerpen in een mensenleven die veel logischer kunnen verklaard worden door uit te gaan van het bestaan van reïncarnatie. De soms bizarre en afwijkende interesses en hobby’s van mensen, de landen en culturen waartoe we ons aangetrokken voelen en deze die ons afstoten, de mensen die we al vanaf de eerste ontmoeting door en door lijken te kennen, de talenten die we zonder enige moeite ontwikkelen, de onevenredig grote angsten en fobieën die we niet kunnen linken aan gebeurtenissen uit onze kindertijd: het zijn hier maar enkele voorbeelden van.
Een psychologie die consequent rekening houdt met het bestaan van reïncarnatie biedt een veel groter verklarend model voor emotionele problemen, innerlijke conflicten, fobieën, breekbaarheid en veerkracht dan een psychologie die de menselijke persoonlijkheid louter als het product beschouwt van zijn genetische aanleg in combinatie met de invloeden uit zijn omgeving. Vanuit deze visie werd de reïncarnatiepsychologie geboren, een psychologisch model dat een ruim mensbeeld koppelt aan een grote verklarende kracht. Het is nu eenmaal een wetenschappelijk principe dat een hypothese met een grotere verklarende kracht en een eenvoudiger structuur voorrang verdient op een idee dat ingewikkelder verklaringen nodig heeft en dat veel fenomenen onverklaard laat.
Voor mij persoonlijk is het een klein levenswerk geworden om deze filosofische psychologie zo genuanceerd mogelijk uit te werken door steevast de linken te leggen tussen de theoretische concepten van het reïncarnatiedenken en de realiteit. Na twintig jaar schrijven is het resultaat hiervan terug te vinden in mijn boeken Karmische Psychologie Deel 1 – In Dialoog met het Onbewuste en Karmische Psychologie Deel 2 – Individuatie en Healing en in enkele kleinere themaboeken (Autisme en Vorige Levens, Hoogsensitief – Anders Bekeken, Wat gebeurt er als ik dood ga?, De Pijn van het Opperwezen en Aikido, Zen & Hardlopen). Tijdens de komende jaren zullen er nog twee delen van Karmische Psychologie verschijnen, waaraan ik nu volop aan het schrijven ben: Deel 3 – Relaties, Seksualiteit & Opvoeding en Deel 4 – Aarde en Schaduw.

Via deze linken vind je meer informatie over deze boeken:

Geen opmerkingen:

Een reactie posten