Voor de mensen die dit boek nog niet kennen volgen hier enkele hoofdstukken en op het eind de inhoudstafel van het boek.
Hoogsensitiviteit,
relaties en valkuilen
De
ideale partner voor een hoogsensitief persoon is gevoelig maar niet
hooggevoelig, heeft een stabiele persoonlijkheid zonder al te sterke
schaduwkanten en is goed geaard. Zo iemand is gevoelig genoeg om zich
in te kunnen leven in de sterke emotionaliteit en de intense empathie
die met hooggevoeligheid gepaard gaat, maar geraakt niet snel uit
zijn evenwicht van de heftige emoties en reacties op prikkels van
zijn partner.
Ideaalplaatjes
zijn zelden van deze wereld, maar in dit geval hebben we een
ideaalbeeld nodig als referentie. Het laat ons toe te begrijpen wat
er in veel relaties tussen hoogsensitieven en hun partners misgaat en
waarom.
Wie
hooggevoelig is, wordt vaak misbegrepen. In een relatie is begrepen
worden even belangrijk als graag gezien worden en geaccepteerd worden
zoals je bent. De partner van een hooggevoelig persoon moet zelf
gevoelig genoeg zijn, want is anders niet in staat de intense
emotionele wisselwerking te ontvangen waarmee elk hoogsensitief mens
in relatie gaat. Maar door zelf net wat meer buffer te hebben ten
opzichte van prikkels, door zelf net wat minder heftig te reageren,
wordt de overgevoeligheid van de partner gerelativeerd. De aarding
zorgt op momenten van overprikkeling voor de broodnodige rust, die
vervolgens op de hooggevoelige partner overslaat. Dit leidt tot
stabiliteit in de relatie.
Empathie en sympathie
Hooggevoelige mensen hebben
een sterker ontwikkeld empathisch vermogen dan de gemiddelde mens.
Empathie is een menselijke eigenschap die ons toelaat ons in een
ander te verplaatsen, niet mentaal maar door mee te beleven wat een
ander meemaakt. Dit gaat van meedenken met wat een ander denkt, over
emoties en gevoelens van een ander overnemen, tot meetrillen op
lichamelijk niveau. In dat laatste geval neemt je lichaam fysieke
sensaties over van een ander. Het kan hierbij zowel om genot gaan
als om lichamelijke klachten. ‘Overnemen’ is eigenlijk niet het
juiste woord. Het is niet omdat je bv met iemands hoofdpijn meetrilt
en daardoor ook zelf hoofdpijn ervaart, dat die ander zijn hoofdpijn
kwijt is. Je hebt het de ander dus niet uit handen
genomen. Empathie leidt gewoonweg tot het intensief delen van
ervaringen.
genomen. Empathie leidt gewoonweg tot het intensief delen van
ervaringen.
Andermans negatieve ervaringen
meebeleven kan zeer belastend zijn en die ander heeft er geen baat
bij. De positieve intentie van het feit dat dit gebeurt, is jou er
op attent maken dat die ander met iets zit. Het is belangrijk om dit
te registreren, zodat je er rekening mee kunt houden of zelfs actie
kunt ondernemen om die ander te helpen, maar je moet er dan wel
opnieuw afstand van kunnen nemen.
Dit laatste is lang niet
vanzelfsprekend indien je behept bent met een overdosis aan
empathische begaafdheid. De eerste stap tot afstand nemen is
misschien wel de moeilijkste: je moet beseffen dat het inderdaad zo
kan zijn dat die emotie, pijn of geladenheid die je voelt niet van
jou is. Ten tweede moet je beseffen van wie ze dan wel is. Het gaat
vrijwel altijd om iemand met wie je net contact hebt gehad, met wie
je in gedachten bezig bent of die met jou bezig is. Soms zal het
nodig zijn om via visualisatietechnieken jouw energie en aandacht van
die ander te scheiden, alvorens je voldoende afstand hebt. Dit kan
het geval zijn als je vermengt met iemand met wie je een sterke
wezenlijke band hebt. Op dit punt aangekomen, ontstaat er meestal
reeds opluchting en verdwijnen de symptomen. Daarna kun je beslissen
wat je doet in reactie op wat je nu weet.
Andermans ervaringen
meebeleven, kan tot veel verwarring leiden. Wat is nu van mij en wat
niet? Of: hoeveel van die lading die ik nu voel is van mezelf? Het
is immers zo dat we het gemakkelijkst
vermengen met emotionele ladingen die ook in onszelf leven.
vermengen met emotionele ladingen die ook in onszelf leven.
Heb je bv de neiging om te
hypochonderen en je dus zorgen te maken over je gezondheid en je komt
in contact met iemand die net zwaar bezorgd is over de nakende
uitslag van een medisch onderzoek, dan is er veel kans dat jouw
angstlading samensmelt met die van hem of haar. Jouw angst wordt er
veel groter door dan hij in werkelijkheid is. Door te beseffen wat
er gebeurt, kan jouw hypochondrische lading in dit geval
weer
inkrimpen tot zijn ware proporties.
inkrimpen tot zijn ware proporties.
Het probleem is dat
hooggevoelige mensen dergelijke ervaringen niet alleen hebben met
mensen die ze graag hebben, maar zelfs met mensen die ze niet kunnen
uitstaan. Empathie mag bijgevolg niet verward worden met sympathie.
Als je sympathie voelt voor iemand, kun je tezelfdertijd empathisch
meeleven met die persoon, maar het hoeft niet. Sympathie houdt een
positief oordeel in over een ander, dat recht uit het hart komt. Het
is een spontaan emotioneel geladen oordeel. Empathie daarentegen,
oordeelt niet. Je kunt empathisch meebeleven met zowel mensen die je
sympathiek vindt als met mensen die je koud
laten en zelfs met diegenen die je uitgesproken antipathiek vindt.
laten en zelfs met diegenen die je uitgesproken antipathiek vindt.
Veel hooggevoelige mensen
verwarren empathie met sympathie. Wegens het feit dat ze meevoelen
met iemand, maken ze zichzelf wijs dat dit automatisch betekent dat
ze die persoon graag mogen. Op die manier ontstaan zowel
vriendschappen als intieme relaties die voor niemand goed zijn. Veel
hooggevoelige mensen blijven bij een partner met wie ze zich niet
verbonden voelen of houden vriendschapsbanden in stand met mensen die
hen niets teruggeven.
‘Ik ben met hem getrouwd uit
medelijden,’ hoor je dan bv of ‘ik voelde zodanig mee met zijn
eenzaamheid dat ik besloot het toch maar niet uit te maken.’
Het is niet omdat je iemand
rechtstreeks aanvoelt, dat je die persoon ook graag mag.
Slachtoffers van extreem
misbruik en extreme mishandeling bv, zijn uiterst empathisch
ingesteld ten opzichte van hun daders. Ze moeten ook wel, omdat hun
overlevingskansen grotendeels afhangen van hoe goed ze aanvoelen in
welke stemming de dader is en wat hij van hen verlangt, zodat ze er
met zo weinig mogelijk kleerscheuren vanaf komen. Dergelijke
slachtoffers houden echt niet van hun beulen, ze vinden ze zelfs niet
sympathiek, hoe sterk ze elkaar ook aanvoelen.
Emotionele en
zintuiglijke hoogsensitiviteit + de verschillen met
autisme
Het basiskenmerk van
hoogsensitieve mensen is hun intens ontwikkeld vermogen om
gevoelsmatig mee te beleven met een ander - wat meestal met empathie
wordt aangeduid - en de intensiteit waarmee ze emotioneel in
wisselwerking gaan. Hun emotionele prikkelbaarheid en de heftigheid
van hun emoties overstijgen ruimschoots het gemiddelde. Het tweede
is het gevolg van het eerste: wie intens geprikkeld wordt heeft
intensieve emoties nodig ter verwerking van de prikkels.
Deze emotionele
hooggevoeligheid
gaat vrijwel altijd samen met een even sterke zintuiglijke
hooggevoeligheid.
Ogen reageren intenser op licht, geluiden worden scherper gehoord,
het reukorgaan registreert meer nuances, smaken zijn subtieler, maar
vooral de huid reageert intenser op aanraking, koude, warmte, pijn en
ook op elektromagnetische velden.
Bij goed geaarde
hoogsensitieve personen breidt deze gevoeligheid zich uit tot een
zeer intens lichaamsbewustzijn, waarbij men het contact met de
inwendige organen zeer bewust beleefd. In combinatie met een
gebrekkige aarding daarentegen, zorgt de lichamelijke
hooggevoeligheid voor veel problemen met de inwendige organen. Deze
zijn niet zelden van psychosomatische aard. De zintuiglijke
prikkelgevoeligheid van hoogsensitieve personen heeft zijn basis in
een zenuwstelsel dat gevoeliger is dan gemiddeld.
Indien hooggevoelige mensen
blootgesteld worden aan intense zintuiglijke prikkels, intense
emotionele prikkels of een combinatie van beide, ontstaat een sterke
behoefte om tot rust te kunnen komen in een prikkelarme omgeving. Ze
trekken zich bijgevolg sneller terug dan anderen en houden regelmatig
mini-retraites tijdens dewelke het emotioneel verwerkingssysteem voor
het herstel van innerlijk evenwicht zorgt. Al wat men heeft
meegevoeld dient verwerkt te worden, evenals alle
emoties die door zintuiglijke prikkels werden opgewekt.
emoties die door zintuiglijke prikkels werden opgewekt.
Er bestaan ook autistische
mensen die zintuiglijk hooggevoelig zijn. In tegenstelling tot wat
vaak wordt gedacht, is dit geen algemeen kenmerk van autisme. Maar
zij die er last van hebben, hebben het zeer moeilijk omdat de intens
beleefde zintuiglijke prikkels allerlei emoties opwekken die ze niet
kunnen verwerken. Een basiskenmerk van autisme is immers dat het
emotionele verwerkingssysteem niet naar
behoren functioneert. Vreugde, verdriet noch kwaadheid leiden tot
opluchting achteraf.
behoren functioneert. Vreugde, verdriet noch kwaadheid leiden tot
opluchting achteraf.
Hooggevoelige mensen
daarentegen, kunnen in geval van zintuiglijke overprikkeling
terugvallen op een zeer heftig emotioneel verwerkingssysteem.
Hierdoor kan de zintuiglijke gevoeligheid uiteindelijk een
geïntegreerde plaats krijgen in hun manier van functioneren. De
positieve effecten ervan kunnen even goed beleefd en ontvangen worden
als dat men er de negatieve effecten van ondergaat. Muziek kan bv
luid en intens zijn maar gelijktijdig ook enorm ontroerend. Soms is
het te heftig maar op andere momenten kun je je eraan opladen.
Zintuiglijk overgevoelige
autisten kunnen echter nooit met hun lichamelijke overgevoeligheid
leren omgaan en dus zijn potentieel positieve prikkels voor hen even
bedreigend als eenzijdig negatieve prikkels. Luide muziek is altijd
alleen maar te heftig en nooit iets wat tezelfdertijd ontroert. Qua
beleving is er voor hen niet echt een verschil met blootgesteld
worden aan het gedreun van een pneumatische breekhamer. Dergelijke
autistische mensen doen er alles aan om zintuiglijke overprikkeling
te vermijden, net zoals ze allerlei strategieën ontwikkelen om
emotionele prikkeling uit de weg te gaan. Uiteraard geldt dit niet
voor mensen met autisme die niet zintuiglijk hooggevoelig zijn: zij
zijn enkel gefixeerd op het vermijden van emotionele prikkels.
Autistische mensen genieten
vooral van voorspelbare, controleerbare, prikkelarme situaties.
Hoogsensitieve mensen ook, maar daarnaast kunnen ze zich evengoed
overgeven aan intense prikkels. Voor hen hangt het af van dosering
en timing. Soms zijn ze in staat de heftige emoties die volgen uit
intense zintuiglijke ervaringen te ontvangen en te verwerken, soms
niet. Het eerste gebeurt als ze goed uitgeslapen zijn, fit zijn, met
weinig stress opgescheept zitten. In het omgekeerde geval gebeurt
het tweede en dan reageren ze weinig verschillend van zintuiglijk
hooggevoelige autisten.
Het verschil tussen
kunnen en aankunnen
Als gevolg van hun sterk
wezenscontact, zijn de meeste hooggevoelige mensen op meer dan één
vlak erg begaafd. Ze worden immers continu gevoed met alle
menselijke vaardigheden en kennis die hun wezen doorheen de levens
heeft geïntegreerd. De combinatie van hoogsensitiviteit en
hoogbegaafdheid komt dan ook vaak voor, al is dit zeker geen algemene
regel.
Hoogsensitieve personen kunnen
in de praktijk altijd wel iets wat anderen minder goed kunnen en
velen kunnen heel veel. Maar dat is lang niet hetzelfde als iets
aankunnen. Bij gewoon gevoelige mensen ligt dit over het algemeen
eenvoudiger: wat je goed kunt, bezorgt je weinig stress, levert je
veel positieve feedback op – wat je eigenwaarde stelselmatig
versterkt – en die bezigheden kun je dan ook goed aan. Je krijgt
er immers respect, energie en levensvreugde door.
Bij hooggevoelige mensen is de
factor stress door overprikkeling een stoorzender die deze logica
maar al te vaak doorbreekt. Een hoogsensitief persoon kan het niet
altijd aan om zijn talenten in de praktijk te brengen of om ermee
naar buiten te komen, omdat dit met zodanig veel emotionele prikkels
gepaard kan gaan dat men er te snel oververmoeid van wordt. Laat
staan dat men er zijn beroep van kan maken. Een voorbeeld om dit te
verduidelijken:
Een hoogsensitief acteur kan
een briljant vertolker van emoties zijn en tegelijkertijd een
podiumbeest die weet hoe hij op subtiele wijze met een publiek in
interactie kan gaan. Maar dat betekent nog niet dat hij het acteren
ook aankan. Daarvoor moet hij bestand zijn tegen de vele urenlange
repetities met medespelers waarbij heel wat emoties opwaaien, tegen
de stress van de regisseur, tegen het rondhangen en wachten voor en
na de voorstellingen enzovoort. En dat is een ander paar mouwen.
Of het nu gaat om een
dagdagelijkse bezigheid, een hobby of een professionele activiteit,
telkens weer is er de vraag hoe vaak je dit aankan met alles erop en
eraan. Hoe frequent kun je dit doen zonder overprikkeld te worden,
hoe lang of met hoeveel tussenpauze?
Uiteraard zijn dit vragen die
niet enkel voor hoogsensitieven gelden, maar de conclusie ‘ik ben
hier wel goed in, maar het is niets voor mij’ wordt beduidend vaker
getrokken door hooggevoelige mensen dan door anderen. Hoogbegaafde
mensen kennen hetzelfde probleem, maar meestal is verveling bij hen
de oorzaak. Getraumatiseerde mensen gaan dan weer vaak hun talenten
uit de weg doordat ze overvallen worden door angsten. Maar
hoogsensitieve mensen moeten veelal een rem zetten op het in de
praktijk brengen van waar ze goed in zijn omdat ze anders de grens
overschrijden van wat ze qua overprikkeling aankunnen. Een ander
voorbeeld:
Kunnen schrijven is één
ding. Maar het aankunnen om elke week tegen een deadline op te
schrijven veroorzaakt veel stress. Deze wordt nog groter indien je
in opdracht over bepaalde onderwerpen dient te schrijven, als je
geconfronteerd wordt met de evaluatie en de kritiek van een redacteur
en met collega’s die in eenzelfde ruimte zitten te werken. Een
hooggevoelig schrijver zal dan ook sneller kiezen voor de eenzaamheid
van freelance journalistiek dan voor een vaste baan op een
krantenredactie, ongeacht de bestaansonzekerheid dat dit met zich
meebrengt. Uit noodzaak.
Het in de praktijk brengen van
een talent of het aarden van een wezenlijke kwaliteit brengt altijd
allerlei gebeurtenissen en situaties met zie mee die veel prikkels
inhouden en dat terwijl men net heel wezenlijk, gevoelig en kwetsbaar
in het leven staat omdat men vanuit het kwetsbare wezenlijke
bewustzijn bezig is met wezenlijke inspiratie neer te zetten. Nog
een voorbeeld:
Een hooggevoelig persoon met
een sterk ontwikkeld overzicht en met leidinggevende kwaliteiten is
in theorie een uitstekend manager, te meer daar hij over sterke
empathische kwaliteiten beschikt, wat het omgaan met personeel ten
goede komt. Maar in de praktijk komen daar de emotionele reacties
van dit personeel bij, de machtsspelletjes van zowel de concurrentie
als van collega’s. Tel daar het wezenlijke engagement bij op dat
over het algemeen gepaard gaat met een groot
verantwoordelijkheidsgevoel en je hebt het perfecte recept voor een
burn-out.
In de praktijk moeten
getalenteerde hoogsensitieve personen met vallen en opstaan leren hoe
ver ze kunnen gaan in het exploiteren van hun kwaliteiten. Wat
meestal evenmin gemakkelijk is, is het leren omgaan met de kritiek
van de buitenwereld die hen al te snel het stempel geeft van
‘gemakzuchtig’, ‘asociaal’ of ‘gebrek aan motivatie’ of
‘gebrek aan ambitie’, want zo wordt het meestal geïnterpreteerd
als een hooggevoelig mens rekening houdt met zijn grenzen en daardoor
minder lang werkt, alleen gaat zitten werken, een promotie afslaat,
personeelsfeesten vermijdt en dergelijke meer.
Evenwicht is meestal een
kwestie van dosering, maar in onze van prikkels overladen
maatschappij komt het er vooral op aan zorgvuldig uit te zoeken in
welk soort gebouw je terecht komt, in welke omgeving, bij wie en hoe
de sfeer is. Dit geldt zowel voor hobby’s als voor werk. Een job
of een hobby opgeven of een kans aan je neus laten voorbijgaan is
geen mislukking, als de achterliggende reden is dat je het ziet
aankomen dat je het niet zal aankunnen. Het is integendeel een
positieve stap in je zoektocht naar een evenwichtig leven waarbij je
tezelfdertijd wezenlijk gevoelig kan zijn en voor jezelf kunt zorgen.
De ene hooggevoelige mens moet daarbij al wat langer zoeken dan de
andere, maar als ‘wezenlijk zijn’ betekent dat je tevens in
harmonie leeft met je individuatieproces, dan moet er voor elke
hoogsensitief mens wel een niche in de maatschappij bestaan waarbij
iets kunnen, hand in hand gaat met het ook aankunnen.
Inhoud van het boek:
Inleiding p
7
I Invalshoeken
Hoogsensitiviteit
anders bekijken p 12
Psycho-energetische
kenmerken van hoogsensitiviteit p 17
Recent
wetenschappelijk onderzoek p 26
Wie
is hoogsensitief? p 32
De
gradiënt tussen autisme en hoogsensitiviteit
p 34
Selectieve
en algemene hoogsensitiviteit p 35
De
biologische wortels van hoogsensitiviteit p 36
Hoogsensitieve
genen p 40
De
rol van hoogsensitiviteit in de ontwikkeling van de mens p 41
Oorzaken
van hoogsensitiviteit p 44
De
hoogsensitieve deelpersoonlijkheid p 50
Hoogsensitief
of sociale fobie? p 52
II
Empathie en emotionaliteit
Empathie
en sympathie p 55
Leren
omgaan met empathie p 58
Niet
louter éénrichtingsverkeer p 62
Emotionele
en zintuiglijke hoogsensitiviteit +
de
verschillen met autisme p 64
Hoogsensitieve
emotionaliteit p 66
Het
verschil met de piekemoties bij autisme p 69
Emotionele
veerkracht p 72
III
Verschillende types
Hoogsensitieve
persoonlijkheidstypes p 75
1
Basistype p 75
2
Gewone, onbewuste hoogsensitiviteit p 76
3
Extraverte hoogsensitiviteit p 77
4
Impulsieve hoogsensitiviteit p 78
5
Ontkende hoogsensitiviteit p 80
6
Overgecompenseerde hoogsensitiviteit p 81
7
Hoogsensitief en hoogbegaafd p 82
8
Gestructureerde hoogsensitiviteit p 84
9
Geaarde hoogsensitiviteit p 85
10
Hoogsensitief en ongeaard p 86
11
De
hoogsensitieve workaholic p 87
12
Het hoogsensitieve showbeest p 88
13
Extreme vormen van hoogsensitiviteit p 88
14
Identiteitswisselaars en identiteitsrovers p 92
Veranderingen
in de mate van hoogsensitiviteit p 96
De
integratie van een bijna-doodervaring p 98
IV
Hoogsensitief functioneren
Het
verschil tussen kunnen en aankunnen p 108
Hoe
doorbreek je de pseudo-autistische cocon? p 111
Pseudo-adhd
en schijn-add p 115
Van
dissociatie tot scheppende bezigheid p 116
De
intensiteit van hoogsensitiviteit en de behoefte aan pauze p 120
Hoogsensitieve
kwetsbaarheid p 122
Leren
omgaan met introjecties p 131
Het
aarden van inzichten p 135
Hoogsensitieve
eenzaamheid p 139
Een
dubbelzinnige relatie met grenzen, kaders en levensritmes p 141
Een
dubbelzinnige relatie met leven in het hier en nu p 144
Moeilijke
slapers met diepe dromen p 146
Hoogsensitiviteit
en aarding p 150
Hoogsensitief
lichaamscontact p 151
Wezenlijk
verantwoordelijkheidsgevoel p 156
Wezenlijk
ervaren en genieten p 159
Stokoud
en nooit volwassen p 162
Vroegwijze
laatbloeiers p 163
Hoogsensitiviteit
en leren p 169
Te
veel interesses p 170
Inspiratie
en vormgeving p 175
Hoogsensitiviteit
en rouwprocessen p 177
De
behoefte aan een zinvol leven p 180
De
levensweg van hoogsensitieve mensen p 182
Leren
omgaan met zichzelf p 184
Sociale
handicap of gewoon anders? P 186
V
Geen licht zonder schaduw, geen schaduw zonder licht
Hoogsensitiviteit
en psychoses p 189
Hoe
werkt een psychose? P 190
Uitwegen
uit de psychose p 196
Hoogsensitiviteit,
drugs en alcohol p 200
De
schaduwzijde van extreme verbondenheid p 203
De
schaduw van hoogsensitiviteit p 207
Zijn
hoogsensitieve mensen automatisch ook altijd integer? p 209
Compensatie
of camouflage voor gespleten persoonlijkheden? p 213
Een
tegengewicht voor ernstige jeugdtrauma’s p 215
De
schaduw die schaduwen kan zien p 219
De
positieve intentie van Hoogsensitiviteit p 223
VI
Relaties, seksualiteit en opvoeding
Hoogsensitieven
onder elkaar p 227
Hoogsensitieve
vriendschap p 230
Hoogsensitiviteit,
relaties en valkuilen p 232
Hoogsensitief
x hoogsensitief p 233
Hoogsensitief
x gedreven en gepassioneerd p 234
Hoogsensitief
x autistisch p 234
Andere
zorgrelaties p 236
Hoogsensitief
x narcistisch p 237
Hoogsensitief
x psychopathie p 238
Wezenlijke
verwarring p 240
Biseksueel
of toch niet? p 247
Hoogsensitieve
seksualiteit p 249
Hoogsensitief
en zwanger p 252
Het
opvoeden van hoogsensitieve kinderen p 254
Hoe
hoogsensitieve kinderen patronen
van
hun ouders overnemen p 258
Nawoord p
262
Geen opmerkingen:
Een reactie posten